De levering van goederen in het kader van een transportopdracht vormt een essentiële contractuele verplichting van de vervoerder. Het is niet voldoende om de goederen eenvoudigweg voor een magazijn achter te laten; De goederen moeten op zodanige wijze ter beschikking worden gesteld dat de ontvanger zonder belemmering over de vervoerde goederen kan beschikken. Vooral bij de omgang met waardevolle goederen is speciale voorzichtigheid geboden. Uit de jurisprudentie van het Oberlandesgericht München blijkt duidelijk dat het achterlaten van waardevolle goederen voor een leegstaand magazijn als nalatig en roekeloos wordt beschouwd en een gekwalificeerde nalatigheid van de vervoerder vormt.
Uitspraak van het Oberlandesgericht München
Onder levering wordt in principe verstaan het onmiddellijk verkrijgen van het bezit. Het is echter niet noodzakelijk dat de ontvanger de te vervoeren goederen fysiek in handen neemt; Deze moet hem echter op zodanige wijze ter beschikking worden gesteld dat hij zonder verdere belemmeringen over het goed kan beschikken. De bewijslast voor de levering ligt bij de vervoerder.
Indien de vervoerder de te leveren goederen zonder instructies van de afzender voor een leegstaand magazijn plaatst, geeft dit de ontvanger niet het recht om zonder verdere belemmeringen bezit te nemen van de goederen en is er derhalve geen sprake van levering.
Het achterlaten van waardevolle goederen voor een leegstaande loods is bijzonder nalatig en dus roekeloos en vormt daarom gekwalificeerde nalatigheid van de vervoerder in de zin van § 435 van het Duitse Handelswetboek (HGB). Dit geldt ook als dergelijke praktijken in het verleden herhaaldelijk zijn toegepast. In ieder geval was het waarschijnlijk dat de onbeheerde goederen gestolen waren.
Conclusie
Het achterlaten van waardevolle goederen voor een onbezet magazijn zonder passende veiligheidsmaatregelen vormt ernstige nalatigheid van de vervoerder. Ook al was deze praktijk in het verleden gebruikelijk, in dit geval vormt het gekwalificeerde nalatigheid onder sectie 435 van het Duitse Handelswetboek (HGB). Gezien de nabijheid van mogelijke diefstalrisico's is de vervoerder verantwoordelijk voor een veilige en correcte levering om schade en juridische gevolgen te voorkomen.